< PreviousDeze stek- en zaadplug is volledig biologisch afbreekbaar en heeft, in vergelijking met de plastic variant, geen negatief effect op het milieu. Natuurlijk smaken dergelijke succesvolle innovaties naar meer en daarom kwamen we vanuit Maan Group met het idee voor The Green East; een plek waar we ons focussen op een duurzame en economische toekomst voor de agri-en foodbusiness in onze provincie. Want natuurlijk willen we in deze sector allemaal ons brood verdienen, maar dan wel op een duurzame manier. Daarbij zijn mooie woorden niet voldoende, maar moeten we hier echt mee aan de slag.’’The Green East wil aan de basis staan van groene ontwikkelingen door ondernemersgericht experimenteel onderzoek te faciliteren in onze laboratoria, kassen, kweekkamers en de vollegronds-proefvelden. Daarnaast bieden we onderwijsinstellingen ruime mogelijkheden om met ons mee te groeien. Door deze cross-overs te creëren, ontstaat er meervoudige kennis en meervoudige waarde waardoor we gezamenlijk de agri- en foodbusiness duurzaam en economisch kunnen ontwikkelen. Zo bieden we ABC Kroos uit Groenlo (pagina’s 58-65) bijvoorbeeld de mogelijkheid om hun onderzoek naar eiwitextractie uit voedselveilig eendenkroos uit te breiden. Het doel is dat we hier bij The Green East een referentie creëren voor veehouders die de stap naar agrariër willen maken en een biobased grondstof willen gaan telen. We moeten een verdien model kunnen presenteren en hen meenemen in de mogelijk-heden die biobased grondstoffen bieden. Mede daarom wordt op dit moment hard gebouwd aan een nursery op The Green East, waar we de startmaterialen ontwikkelen waarmee boeren snel en eenvoudig hun eigen voedselveilige biobased grondstoffenteelt kunnen opstarten.’ DE KRACHT VAN THE GREEN EAST’ Bij iedere innovatie moet je ervan overtuigd zijn dat het een stukje van de toekomst wordt ’ EAST’De grootste uitdaging bij een systeeminnovatie is dat je een compleet nieuwe organisatie moet opzetten. We hebben het niet alleen over een nieuw product, maar ook over nieuwe grondstoffen, nieuwe leveranciers, andere specificaties, nieuwe technieken, andere markten en ga zo maar door. Hoe en met wie je moet gaan samenwerken ondervind je echter pas gaandeweg. De stip op de horizon is duidelijk, maar hoe je er komt en met wie, dat staat vooraf niet vast. Daarom vind ik het zo mooi dat we hier de testfaciliteiten hebben en pilots kunnen doen, zodat we met onze gecombineerde kennis en met behulp van de nieuwste technologieën een bijdrage leveren aan zo’n systeeminnovatie. Vanzelfsprekend willen we een nieuw idee zo snel mogelijk in de praktijk brengen, maar we moeten in het laboratorium eerst vaststellen dat we goed bezig zijn en geen zaken over het hoofd zien. En mocht dat wel zo zijn, dan kunnen we op tijd bijsturen. Daarnaast moeten we alvast na gaan denken hoe we de boeren overtuigen om ook biobased grondstoffen te gaan telen. Dat is een onderdeel van een systeeminnovatie dat je zeker niet mag onderschatten. Daarom richten we een team in dat potentiële telers meeneemt in ons onderzoekstraject, de bevindingen en het eventuele verdienmodel.’INNOVATIE VS. BESTAANDE WET- EN REGELGEVING’Over belangrijke onderdelen uit een systeeminnovatie gesproken; de kloof tussen innovatie en bestaande wet- en regelgeving is er zeker ook één. Biobased grondstoffen uit landbouwgewassen halen is iets heel anders dan zonnepanelen op daken plaatsen. Het is com-pleet nieuw en daardoor merk je soms dat de bestaande wet- en regelgeving niet aansluit op een vernieuwing. Bij The Green East hebben we nu bijvoorbeeld een twaalf meter hoge sproeitoren nodig. Deze toren past niet in het bestemmingsplan, maar hij moet er wel komen als we ons doel willen bereiken. Daarom betrekken we de overheid, in dit geval de gemeente en de provincie, continu bij onze plannen, zodat we ze kunnen overtuigen van het belang en samen tot nieuwe inzichten komen. We willen namelijk niet buiten de wet om handelen, maar we willen ook niet dat het proces wordt afgeremd of stilgelegd. In ons geval is er een gedoogsituatie ontstaan, zodat we in ieder geval door kunnen gaan.’DE UITDAGINGEN BIJ SYSTEEMINNOVATIE71’DE GROOTSTE UITDAGING BIJ EEN SYSTEEMINNOVATIE IS DAT JE EEN COMPLEET NIEUWE ORGANISATIE MOET OPZETTEN’7373HET VOORDEEL VOOR DE PROVINCIE OVERIJSSEL’Het is goed dat de provincie Overijssel inziet dat de onderzoeken binnen The Green East bij kunnen dragen aan een duurzame en economische toekomst van de agri-en foodbusiness. Met de teelt van biobased grondstoffen bieden we boeren met een kleine veestapel een nieuw verdienmodel. En omdat we de kennis van diverse partijen uit de regio bundelen, lopen we voorop op dit gebied. Er gebeurt echt wat in de provincie Overijssel en daar mogen we met z’n allen trots op zijn. We zetten belangrijke stappen en daardoor kan de provincie niet alleen op economisch en duurzaam profiteren, maar zich ook profileren.’DE ROL VAN HET WAARDEMAKERSNETWERK’Net als binnen The Green East zie ik dat de deelnemers aan het Waardemakersnetwerk rondom de transitie naar een biobased economy waarde hechten aan samenwerking. Alle partijen zien in dat kennisdeling heel belangrijk is, terwijl delen normaliter niet ”des ondernemers” is. Daarom is het goed dat de provincie Overijssel onderdeel van dergelijke netwerken is. Het team Duurzaamheid zorgt ervoor dat alle partijen samen optrekken, elkaar vinden en leren vertrouwen en verbindingen leggen. Kijk maar naar de samenwerking tussen ABC Kroos en The Green East die dankzij het Waardemakersnetwerk is ontstaan. Samen creëren we een prachtig voorbeeld van een duurzame en economische innovatie. Dit project kan als vliegwiel gaan werken voor andere start-ups met innovatieve ideeën die de agrarische transitie en de transitie naar een biobased economy versnellen. Dat zou ik echt geweldig vinden.’Het team Duurzaamheid zorgt ervoor dat alle partijen: samen optrekken, elkaar vinden en leren vertrouwen en verbindingen leggen Duurzame innovaties!++=’ER GEBEURT ECHT WAT IN DE PROVINCIE OVERIJSSEL EN DAAR MOGEN WE MET Z’N ALLEN TROTS OP ZIJN’7575en waardecreatie in de sector agro & foodTransitie 2: De transitie naar duurzaamheid ’HET IS VOOR DE OVERHEID DE UITDAGING OM DICHTER BIJ DE ONDERNEMER TE GAAN STAAN’HANNA VAN VONDEREN, PROJECTMANAGER BIJ HET UITVOERINGSPROGRAMMA AGRO & FOOD IN OVERIJSSELTITELHanna: ’De sector agro & food, waaronder alle bedrijven vallen die voedsel van grond tot mond verzorgen, is belangrijk voor Overijssel. Ze is namelijk verantwoordelijk voor 15 procent van de werk- gelegenheid en 70 procent van het grondgebruik. De agro & food-bedrijven staan echter op een keerpunt. Veranderingen in internationale markten, de focus op bulkproductie en een veeleisende omgeving drukken zwaar op de sector. Als we willen dat deze bedrijven ook in de toekomst behouden blijven voor Overijssel, dan zullen we nu de transitie naar duurzaamheid en waardecreatie moeten ondersteunen. We hebben grote maat-schappelijke opgaves op het gebied van klimaat en gezondheid waar het huidige agro & food-systeem onvoldoende antwoord op kan geven. Dat vraagt om een aanpak gericht op nieuwe ketens.’DE WROETVARKEN-KETEN’Een mooi voorbeeld van zo’n nieuwe keten is de ”wroetvarken- keten”. Wroetvarkens worden in speciale stallen gehouden die veel meer ruimte bieden voor natuurlijk gedrag. Dat kost een beetje extra, maar het levert ook een betere kwaliteit vlees op en dat is voor kwaliteitsslagers weer interessant. Om dat goed te laten werken, hebben alle partijen in de keten – van voerleverancier en varkenshouder tot slachter en slager – de handen ineen geslagen. Zo’n samenwerking is niet altijd makkelijk, maar uiteindelijk levert het alle betrokken partijen zekerheid en toekomstperspectief.’ RHEID CHTER TE 77GROTE TRANSITIES’WROETVARKENS WORDEN IN SPECIALE STALLEN GEHOUDEN DIE VEEL MEER RUIMTE BIEDEN VOOR NATUURLIJK GEDRAG’Hanna van VonderenProvincie Overijsselhp.v.vonderen@overijssel.nl06 10 69 44 43’Om deze keteninnovatie te stimuleren, heeft het programma agro & food twee subsidie-instrumenten: agro & food-ondernemers kunnen kennisvouchers van €6.500,- aanvragen voor het uitwerken van een kennisvraag. Ondernemers die op tekentafelniveau al weten wat ze willen en dit nu in de praktijk willen brengen, kunnen een Proof of Concept-subsidie aanvragen die 40 procent van de investeringskosten vergoedt, tot een maximum van €400.000,-. Aanvragen voor een Proof of Concept-subsidie moeten door de ondernemer zelf gepitcht worden voor een kritische externe adviescommissie. Daarnaast kunnen agro & food-ondernemers leningen aanvragen via het Innovatiefonds Overijssel of het fonds Regio Zwolle Incubator.’PARALLEL MET DE WAARDEMAKERSAANPAK’Misschien is de belangrijkste toegevoegde waarde van het uitvoeringsprogramma agro & food wel het ontwikkelen van het netwerk en het inspireren en verbinden van partijen. Het VKON (Veterinair Kenniscentrum Oost Nederland), Kennispoort Regio Zwolle, Innofood en Oost NL zijn belangrijke partners in de ont-wikkeling van dat netwerk. In die ontwikkeling van netwerken zit ook een mooie parallel met de Waardemakersaanpak. In de Waardemakersnetwerken zie ik dat deelnemers elkaar niet alleen vinden op de bekende economische toegevoegde waarde, maar vooral op integere doelstellingen en vandaaruit verder gaan. Ik zie daarin meerwaarde.’ NIEUWSGIERIGHEID EN ONTWIKKELINGSGERICHTHEID’Ik geloof in een netwerkbenadering en beweging van onderop en wel om twee redenen: zoals ik al zei kunnen bedrijven meer samen met anderen bereiken dan in hun eentje. Als overheid zou het veel langer duren en duurder zijn om met regulering te bewerkstelligen wat via een netwerkbenadering van onderop gebeurt. Bovendien zou overheidsregulering veel negatieve energie opleveren. De Waardemakersaanpak appelleert aan de nieuwsgierigheid en ontwikkelingsgerichtheid van bedrijven. Dat is veel positiever, misschien gaat het sneller en waarschijnlijk is het op de lange termijn ook duurzamer. Dat het met zo’n nieuw programma soms wat zoeken is naar plek, aanpak en meerwaarde zie ik niet als probleem, maar als gegeven dat hoort bij een nieuwe aanpak.’ Subsidie -instrumenten79Next >